De koningssteden ...
Na onze reis langs de kust vanaf Marrakech en onze overnachting in Casablanca (lees hier), is het weer vroeg uit de veren, ontbijten en op weg. Het tweede deel van onze rondreis door Marokko, zal in het teken staan van de koningssteden Rabat, Meknès en Fès.
Rabat
Als eerste gaan we richting de ‘witte’ stad Rabat, de hoofdstad van Marokko en de meest recente koningsstad. Rabat, heeft minder historische bouwwerken dan Fès, Meknès en Marrakech, maar is toch een aantrekkelijke rustige, verwesterde stad, met een mooie Medina en Kasbah.
De stad heeft mooie lanen met bomen er langs en openbare tuinen en straalt daardoor een sfeer van elegantie uit.
Koninklijk Paleis
Rond een uur of 11 arriveren we bij het koninklijk Paleis, dat gebouwd is in 1864 en dat sinds 1912 zetel van de koning en de regering is. We kunnen alleen de buitenkant van het paleis bekijken, de binnenkant is niet open voor toeristen.
Het moderne paleis, dat een soort stad ‘binnen’ de stad is, is toegankelijk via een fraaie poort. Er wonen ca 2000 mensen op het terrein, onder wie veel leden van de Koninklijke familie, de paleisbedienden, een regiment wachters en cavalerie. Het complex heeft ook een moskee.
De paleiswachten zijn kleurrijk gekleed. We mogen uitgebreid fotograferen en zien ook nog het wisselen van de wacht. De wisseling gebeurt ‘gemoedelijk’ er wordt niet echt in het gelid gelopen en sommigen hebben plastic zakjes of lunchpakketjes bij zich.
necropolis van Chella
We gaan verder op weg naar de necropolis van Chella, net iets buiten Rabat, waar eens de Romeinse stad Sala lag. Sala werd in de 9e eeuw verlaten, waarna de bouwwerken zijn vervallen. De dodenstad werd in 1755 door de aardbeving verder verwoest. Inmiddels zijn de resten behoorlijk door groen overwoekerd.
We wandelen via kleine trappen en langs de restanten van het vervallen stadje naar beneden waar de ruïnes liggen. In de mooie omgeving wemelt het van de ooievaars, overal zitten nesten en het geklepper van de vleugels is niet van de lucht.
We kunnen haast geen genoeg krijgen van dit bijzondere schouwspel, maar moeten uiteraard weer door.
mausoleum van Mohammed V
De volgende stop is bij het mausoleum van Mohammed V, dat werd gebouwd als eerbetoon aan de sultan die in 1956 Marokko de onafhankelijkheid bracht.
Voor de poort staan schildwachten te paard in het zelfde tenue als die voor het koninklijk paleis. Er is een soort balustrade waar vandaan je in de tombe kunt kijken. Centraal ligt daar Mohammed V en in de hoeken andere familieleden.
Het is een zeer fraai gebouw dat de Sultan alle eer aandoet.
Hassan II moskee
Tegenover het mausoleum staat de Hassan II moskee met een onafgemaakte minaret. In opdracht van Sultan Yacoub El Mansour werd in 1196 begonnen aan de bouw van wat een van de grootste moskeeën moest worden.
Na zijn dood werd het bouwwerk echter niet meer afgemaakt. De minaret had 80 meter hoog moeten worden, maar is nu maar de helft. Op het plein tussen het mausoleum en de minaret staan verder de resten van 200 zuilen, die door de aardbeving in 1755 zijn verwoest.
Oudaïa Kasba
Vervolgens gaan we naar Oudaïa Kasba, een ommuurde vesting in het noorden van Rabat, die door Moulai Ismaïl werd gesticht om de stad tegen vijanden te beschermen.
We lopen door nauwe straatjes met blauw en wit geverfde huisjes naar het restaurant waar we onze lunch gaan gebruiken.
Achter een deur blijkt een prachtig riad te liggen, waar we niet alleen genieten van een heerlijke lunch, maar ook van de entourage. Maar aan alle goede dingen komt een eind en we moeten verder. Na een enerverende dag arriveren we rond 19.00 uur bij ons hotel in Meknès.
Meknès
De volgende ochtend mogen we van Khalid uitslapen. Om 8 uur vertrekt de bus pas!
We beginnen met een fotostop bij een van de poorten van Meknès en maken daarna een wandeling door een deel van de stad. Hierbij zien we o.a. een groot waterbassin, een kunstmatig meer van 4 meter diep en het grootste waterreservoir van Marokko.
Daarna brengen we een bezoek aan de keizerlijke stallen van Moulay Ismail.
Mausoleum van Moulay Ismaïl
Na een koffiestop bezichtigen wij het aan de rand van de medina gelegen Mausoleum van Moulay Ismaïl, de heerser die Meknès in de zeventiende en achttiende eeuw tot keizerstad maakte. Voordat we naar binnen mogen, moeten we onze schoenen in het voorportaal uittrekken. Het ook voor niet-moslims toegankelijke mausoleum bestaat uit 3 vertrekken.
Een ruimte met fontein voor de rituele wassing, een met het graf van Moulay Ismaïl en een met de graven van zijn vrouw en zonen. De ruimtes zijn prachtig gedecoreerd met mozaïekvloeren en wanden.
overheerlijke zoetigheden
Bij een kort bezoek aan de monumentale Bab El Mansour, een van de poorten in de 40 kilometer lange stadsmuren van Meknès, worden we heel even ‘los gelaten’ en glippen voor een kwartiertje een kleine overdekte markt in.
Stalletjes met overheerlijke zoetigheden, vele soorten groenten en fruit lonken naar ons.
Volubilis
Na de lunch verlaten we Meknès en vertrekken we richting de ruïnes vanVolubilis, waar we rond 16.00 uur arriveren. Volubilis, dat ca 30 kilometer ten noorden van Meknès ligt, was ooit een Romeinse nederzetting.
Het was toentertijd een belangrijke stad vol indrukwekkende gebouwen, waarvandaan olijfolie, graan en wilde dieren werden geëxporteerd naar Rome. De stad werd pas in de 18e eeuw verlaten om te worden afgebroken en als bouwmateriaal te dienen voor de paleizen van Moulay Ismail in Meknès.
We krijgen een goed idee hoe schitterend mooi deze stad ooit geweest moet zijn. Er zijn nog resten te zien van fraaie mozaïeken. In 1997 is Volubilis op de UNESCO Werelderfgoedlijst geplaatst. We kijken uitgebreid rond terwijl Khalid ons op smeuïge en soms zelfs aanschouwelijke manier uitleg geeft.
Enigszins moe stappen we na ca 2 uur weer in de bus die ons naar ons hotel zal brengen. Tegen 19.00 uur arriveren we in ons hotel in Fès. Het blijkt dat koning Mohammed ook in de stad is met een groot gevolg. Daardoor zijn alle betere hotels vol en is het overal rommelig druk.
Prachtig uitzicht op Fès
Na het ontbijt gaan we de volgende ochtend weer op pad. Omdat we nog een nacht in dit hotel blijven, hoeven we deze keer niet met koffers te sjouwen.
Als eerste maken we een fotostop bij fort Borj Sud, dat in de heuvels ligt. Het zicht op Fès, de oudste koningsstad van Marokko, is vanaf deze plek prachtig. Je kunt de belangrijke gebouwen zoals de tombe van Idriss II en de Kairaouine moskee en universiteit zien liggen. Het is echter nog fris en daarom gaan we snel de bus weer in.
De souk
Na een bezoek aan een aardewerk- en mozaïekwerkplaats, gaan we naar de middeleeuwse medina. Met z’n allen achter elkaar door de souk is een hele belevenis.
De straatjes zijn amper een meter breed, net breed genoeg voor het vervoer van grote zware goederen op ezels. Gelukkig wordt er geregeld ‘ballach’ (= aan de kant) geroepen en kunnen we op tijd aan de kant springen. We komen ogen en oren tekort.
leerlooierijen
Al lopend komen we in de buurt van de leerlooierwijk, die hier al sinds de middeleeuwen ligt. We gaan ‘ergens’ een deur in en komen via vele trappen in een winkel die diverse lederwaren, waaronder tassen, jassen en babouches (Marokkaanse slippers), verkoopt.
De winkel heeft een dakterras met een geweldig uitzicht op de looi- en verfbaden. We krijgen muntblaadjes om onder onze neus te houden, maar ik vind de stank best wel meevallen.
Het leerlooien gebeurt nog op de traditionele manier. Het proces verandert de huiden in zacht leer. De mannen staan de hele dag met blote benen in verfbaden en verven de huiden in alle kleuren die je maar kunt bedenken. Op daken en langs lijnen hangen overal huiden te drogen. Het is een waar spektakel!
Midden in de souk, verscholen achter een deur ligt een prachtige oud medina paleis, waar we rond 14.30 uur voor de lunch naar binnen gaan. We krijgen deze keer een soort Marokkaanse tapas: veel schaaltjes met van alles en nog wat er op. Zoals alle lunches smaakt het weer heerlijk.
Na de lunch, verlaten we de medina via de Bab Boujloud, ook wel de ‘blauwe poort’ genoemd. Aan de buitenkant is deze toegangspoort blauw (kleur van Fès) en aan de binnenkant is hij groen (kleur van de vrede en islam).
Even er tussen uit
Voor de rest van de dag bestaat het programma uit een bezoek aan het ‘nieuwe’ Fès uit de 13e eeuw met het koninklijk Paleis, de Joodse wijk en de koransschool Medersa Bou Inania. Wij hebben echter samen met een ander stel besloten om de groep voor een paar uurtjes te verlaten. We hebben al een tijdje behoefte aan een paar uurtjes voor onszelf en willen graag even op eigen gelegenheid door de souk lopen.
Uit verantwoordelijkheid houdt onze gids Khalid de groep het liefst bij elkaar, maar hij wenst ons toch lachend ‘sterkte’ en drukt ons op het hart niet te verdwalen. In een rustig tempo lopen we de souk weer in, bekijken de winkeltjes en belanden we uiteindelijk rond een uur of 6 nog op een terrasje. We genieten daar een half uurtje van het zonnetje en het in onze ogen rommelige Marokkaanse leven om ons heen.
Het is nog even een gedoe om een taxi te vinden die 4 personen kan vervoeren, maar uiteindelijk hebben we een wat grotere gevonden die ons veilig door de drukte heen naar ons hotel brengt.
Marokkaanse avond
Alhoewel we niet zo erg van de speciale avonden zijn, hebben we ons toch opgegeven voor een optionele Marokkaanse avond. Een avond met iets anders dan een tajine spreekt ons wel aan. Rond half 9 worden we in een apart zaaltje van het hotel verwacht. Bij binnenkomst ziet het er niet erg sfeervol uit. Er zitten een paar muzikanten op een rijtje en alle verlichting is aangedaan.
We zorgen zelf voor wat gezelliger licht, tot verbazing van de obers. Als eerste krijgen we, terwijl de muzikanten spelen, een linzensoep met brood, gevolgd door een pastilla, een ingewikkeld en exclusief ovengerecht van gemalen duivenvlees en amandelen in dun bladerdeeg, dat bestrooid wordt met een dun laagje poedersuiker.
Als we al flink vol zitten van de overheerlijke pastilla, blijkt er ook nog een goed gevulde tajine te komen. De avond kan niet meer stuk als we nog verblijd worden door een optreden van een buikdanseres, die ook nog een paar van ons uitnodigt om haar te vergezellen bij het heupwiegen. Rond een uur of half 12 loopt de avond ten einde en gaan we allemaal naar boven. Al met al een gezellige avond met heerlijk eten.
Tot slot
Hoewel het jammer is dat er een eind is gekomen aan ons bezoek aan de indrukwekkende koningssteden, verheugen we ons ook op de rest van de reis die door het Atlasgebergte naar het Zuiden zal gaan. Het laatste deel dat vooral in het teken van natuur zal staan ...
Benieuwd naar de rest van de reis? Klik dan hier
Geschreven door: Peter van Limburg