Omdat we voor het najaar plannen hebben voor een grote reis, zoeken we voor het voorjaar nog een wat voordeliger reisje. Het wordt Macedonië, sinds februari dit jaar overigens officieel Noord-Macedonië geheten. Onze vlucht vertrekt op zondag aan het einde van de middag en na 2 uur en 20 minuten landen we in Ohrid. Doordat het een kleine luchthaven is, gaat de afhandeling erg snel.
Met een kleine shuttlebus worden we naar onze accommodatie gebracht, die (inclusief de transfer stops) op een klein uurtje rijden is gelegen. Ons hotel ligt in het dorpje Trpejca, een piepklein wat hoger gelegen vissersdorpje. Na een vriendelijke ontvangst zoeken we onze kamer op, pakken de koffer uit en het is alweer tijd om te gaan slapen.
Met de auto naar Ohrid
Ons hotel is inclusief ontbijt, dus daar starten we de volgende dag rustig mee. Vanuit Nederland hebben we al een huurauto geregeld en deze gaan we vanmorgen ophalen bij een hotel zo’n 15 kilometer verderop. De receptie regelt voor ons een taxi en een vriendelijk babbelende chauffeur brengt ons hier naar toe. Zodra we de auto hebben, zetten we koers naar Ohrid. Op maandag is daar namelijk een markt waar de boeren uit de bergdorpen hun verse producten verkopen.
Dit zijn met name groente, fruit en bloeiende planten. De aardbeien geuren zo heerlijk dat we die natuurlijk niet kunnen laten liggen. Verder slenteren we wat door de winkelstraten en langs het meer van Ohrid. Het meer van Ohrid is één van de oudste en diepste meren van Europa en heeft een oppervlakte van circa 350 vierkante kilometer.
Vanmorgen staan we met regen op, maar zo rond het middaguur komt de zon aardig door. Tijd voor een drankje op het terras met prachtig uitzicht op het meer.
Koeien door het dorp
Halverwege de middag rijden we door de kustplaatsjes Sv. Stefan, Lagadin en Pestani weer terug naar Trpejca. Voordat we het dorp in kunnen, moeten we eerst even voorrang geven aan een tiental koeien die rustig over de weg lopen.
Op ons inmiddels lekker zonnig balkon maken we plannen voor de rest van de week.
Dineren aan de oever van het meer
Aan het begin van de avond lopen we naar het 'centrum' van het dorp. Of beter gezegd: we dalen af. In het centrum is een soort dorpspleintje met een kleine supermarkt en aan de oever van het meer een vijftal restaurants met heerlijke terrassen.
Terwijl de kikkers op de achtergrond kwaken en de vissen boven het wateroppervlak uitspringen, genieten we van ons diner bij Uno. We eindigen de dag met de klim terug naar boven.
Naar Galicica National Park
De volgende ochtend kunnen we heerlijk buiten in het zonnetje ontbijten. Daarna maken we ons klaar om op pad te gaan. Eerst even langs de supermarkt om brood en beleg te halen voor de lunch, aangezien we rond lunchtijd niet bepaald in de buurt zullen zijn van een restaurant. Met de benodigde producten in de rugzak stappen we weer in de auto en zetten koers richting Galicica National Park. Op een gegeven moment komen we bij een soort wachthuisje waar je een bedrag betaalt als entree voor dit park. Een paar honderd meter verderop moeten we alweer stoppen.
Nu voor een hert dat op de weg staat, ons eerst gespotte wild! Voordat we onze camera kunnen pakken is hij helaas alweer de struiken in gevlucht.
Prachtig uitzicht op het meer van Ohrid
Na de nodige haarspeldbochten komen we bij een uitzichtpunt waar je schitterend uitzicht hebt op het hele meer van Ohrid.
Ruim een derde van het meer hoort overigens bij Albanië, waar we ook prachtig zicht op hebben.
Wandelen naar de top van de Magaro
Hup, de auto weer in naar onze volgende stop: het beginpunt van de hike/wandeling naar de top van de Magaro (2255 meter). De wandeling staat aangegeven als acht kilometer, waar een gemiddelde wandelaar 4 uur over doet. Het begint met een flinke klim door een stuk bos.
Aan het einde van dit bos doet zich een klein probleem voor: Er ligt nog sneeuw! De sneeuw is erg glad, dus we kiezen ervoor om iets om te lopen. Dit betekent door begroeiing en rotsen.
Op een gegeven moment komen we bij een punt waar we moeten kiezen of we de berg linksom of rechtsom gaan benaderen. Op advies van een gids die daar toevallig zit gaan we linksom. Ook nu weer veel sneeuw, die er normaal gesproken in deze tijd van het jaar niet meer hoort te liggen.
We wagen het om een klein stukje door de sneeuw te lopen, maar kiezen daarna toch weer voor het veilige omlopen. Bijkomend nadeel is dat je de markering van de wandeling slecht kunt zien. Op diverse punten twijfelen we welke kant we op moeten, maar gelukkig was daar dan telkens een aardige Zwitser met gps in de buurt om ons de juiste kant op te wijzen.
Fantastisch uitzicht
Eindelijk zijn we dan op de top, maar sjongejonge wat een zware wandeling.
Ons geklim en geklauter wordt wel beloond met een fantastisch uitzicht op zowel het meer van Ohrid als het meer van Prespa, wat qua grootte weinig onderdoet! Er staat een behoorlijk koude wind op de top.
Geen lekkere plek om te lunchen, dus we beginnen eerst maar met de afdaling. Het begin gaat lekker vlotjes en redelijk snel vinden we een rots om even op te zitten en te lunchen.
Niet te lang, want er komen wat donkere wolken aan. Wat dan volgt is een hele pittige afdaling waar we beiden een aantal keren wegglijden. Gelukkig niet ernstig, maar wel een schaafwond hier en daar. Negen kilometer en 5 uur later zijn we toch blij dat we weer bij de auto zijn.
Nog even naar het Prespameer
Eenmaal weer in de auto rijden we nog even door naar het Prespameer. Eerst naar het plaatsje Stenje, waar een tweetal beachclubs zouden moeten zitten. Helaas zijn ze beide gesloten. Omkeren dan maar. Ineens zien we iets over de weg lopen ... een schildpad.
Na deze bijzondere ontmoeting rijden we door naar Otesevo, maar meer dan een verlaten camping en een vervallen hotel is dit ook niet. Geen terrasje aan het Prespameer voor ons dus. We kronkelen weer terug de bergen in en rijden dezelfde weg weer terug naar Trpejca. We eindigen waar we begonnen: bij de supermarkt voor een makkelijke maaltijd! In onze kleine kitchenette maken we een stevige soep en hebben als toetje heerlijke verse aardbeien met yoghurt.
Naar St. Naum
Na een paar dagen staat er een dagje zwembad in de planning. Als we echter naar buiten kijken zien we zware bewolking aankomen en switchen we van plan. We stappen in de auto en rijden naar St. Naum, vanaf ons hotel zo’n 10 minuten rijden. We parkeren de auto en lopen de poorten van het klooster in.
Wat meteen opvalt is dat het terrein keurig onderhouden is. Je loopt direct langs verschillende souvenir stalletjes, wat restaurants met heerlijke terrassen aan het meer van Ohrid, een hotel en helemaal aan het einde het klooster van St. Naum.
Het klooster
De kerk van het klooster werd gebouwd in 900 na Christus, de heilige Naum is er ook begraven. De legende gaat dat als men zijn oor op zijn graf legt, je zijn hart nog kan horen kloppen. Deze informatie lazen wij pas achteraf, dus we hebben het niet gecheckt.
De binnenkant van het kerkje is prachtig trouwens, geen enkel stukje wand of plafond is onbeschilderd gebleven. Om de kerk heen lopen overigens een boel luidruchtige pauwen waarvan er altijd wel een paar hun verentooi opzetten.
Bij het klooster liggen ook de bronnen van St. Naum waar je met een bootje op kunt varen (gedeeld en met een ‘kapitein’). Je kunt er ook voor kiezen om er omheen te lopen. Dit is een wandeling van circa 2 kilometer en voert door bosachtig gebied ook nog langs een drietal andere kerken.
Teruggekeerd op het terrein van het klooster is het alweer lunchtijd en kiezen we voor een terras aan de oever van het meer. Inmiddels is de zon gaan schijnen en is het dus heerlijk toeven. Tijd om weer verder te gaan. Omdat we nog maar 5 minuten van de grens met Albanië zitten, rijden we eerst nog even die kant uit. Onze huurauto mag niet de grens over, dat weten we hoor. Het is gewoon even voor het idee.
Naar Bay of Bones
We keren om en rijden in een kwartiertje naar Bay of Bones (ook wel Museum on Water of Gulf of Bones genoemd), gelegen tussen Trpejca en Pestani. Hier is in 2007-2008 een prehistorisch dorp op palen nagebouwd met een twintigtal hutten.
Deze zijn hier natuurlijk niet toevallig neergezet, maar wel omdat er tijdens bodemonderzoeken circa 6000 overblijfselen van palen gevonden zijn op de bodem van het meer. Daarbij zijn ook keramische vaten, wat brons en botten van dieren (gebruikt als gereedschappen) gevonden. Deze zijn terug te vinden in het kleine museum wat erbij gelegen is.
Het is leuk om te zien, maar eerlijk gezegd heb je na huisje één en twee de rest ook al gezien. Op hetzelfde terrein bevinden zich ook nog overblijfselen van een fort uit het Romeinse rijk, dus als je er dan toch bent ...
Na een blik in het kraakheldere water van het meer, waar je overigens ook kunt duiken, keren we terug naar ons hotel. In de avond lopen we weer de berg af richting het meer en proberen vandaag een ander restaurantje uit aan het water, te weten Sirena.
Naar Struga
Donderdag is het weer net lekker genoeg om buiten te ontbijten. Daarna gaan we er weer met de auto op uit. Na in Ohrid getankt te hebben, rijden we in een klein half uurtje door naar de badplaats Struga. Wat een leuke plaats is dat zeg!
Het heeft een levendige winkelstraat die eindigt bij de rivier de Drim. Het meer mondt in Struga uit in de Drim. Langs de Drim is het ook lekker slenteren en er is genoeg gelegenheid om op een terras wat de eten en/of te drinken. Zelf gaan we op het zonnige terras van ‘Relax’ zitten, gelegen op het punt waar het meer de rivier instroomt.
Lopend richting de auto beseffen we dat we deze vakantie nog helemaal geen ijsje gegeten hebben. Dat kan natuurlijk niet, dus de volgende stop is er eentje voor een ijsje aan het meer.
Naar Kalista en Vevcani
We rijden door naar Kalista, bekend om het klooster met het grotkerkje.
Na een kort bezoek aan deze bijzondere kerk rijden we door naar een dorpje wat meer in het binnenland, Vevcani. Bekend hier zijn de bronnen van Vevcani. Een mooi park door en rondom bronnen en watervallen.
We hebben net entree betaald en de regen komt ineens met bakken uit de hemel. Gastvrij als de Noord-Macedoniërs zijn, komt er direct iemand met een paraplu naar ons toe gelopen. Deze mogen we gebruiken en aan het einde van de wandeling weer terug geven. Het is een prachtig stukje natuur.
De oude stad van Ohrid
Tijd om weer richting Ohrid te rijden. De oude stad staat nog op het programma. In een half uurtje zijn we er weer. We parkeren de auto buiten de oude stad, want in de oude stad mogen alleen bewoners en taxi’s rijden.
Het is een aardige klim omhoog en we lopen als eerste naar de kerk St. Pantelejmon, ook wel bekend als St. Kliment. Op hetzelfde terrein liggen ook archeologische overblijfselen, Plaosnik genaamd.
De volgende klim is naar het Czar Samuel Fort. Een deel van het fort is mooi opgeknapt en je hebt vanaf de dikke muren een prachtig uitzicht over Ohrid, het meer en de wijde omgeving.
We lopen weer naar beneden, bezoeken nog een paar kerken en strijken neer op het open balkon van restaurant Gladiator met uitzicht op het amfitheater, het meer en Ohrid.
Gladiator staat hoog aangeschreven en het eten is ook zeker lekker. Na het diner rijden we net voor het donker in een half uurtje weer naar Trpejca.
Toch geen ‘rustdag’
Na het ontbijt breekt de volgende dag de wolkenlucht open. Tijd voor het zwembad dus. Boekje erbij, drankje, niks meer aan doen! Net na het middaguur wordt het toch weer wat meer bewolkt, waardoor het bij het zwembad te fris wordt. We lunchen op ons balkon en pakken de auto om naar Ohrid te rijden. We parkeren aan het begin van de wandelboulevard.
Eerst een kleine klim over een brug omdat er een kleine jachthaven gelegen is. Vervolgens langs wat openbare fitness-apparaten, een gedenkteken voor de schrijver A. Den Doolaard en een stuk verderop nog wat andere beelden.
Gisteren hebben we twee belangrijke bezienswaardigheden nog niet gezien in de oude stad, dus daar gaan we vandaag heen.
De kerk Sveti Sophia
Als eerste de kerk Sveti Sophia. Een van de belangrijkste kerken van Ohrid. Binnen zien we weer de meest mooie fresco’s, prachtig!
Sveti Jovan Kaneo
Vervolgens klimmen we weer wat straten hoger en aan het einde dalen we weer af naar de kerk die werkelijke het mooiste gelegen is in Ohrid, Sveti Jovan Kaneo. Deze kerk is gewijd aan de apostel Johannes.
Doordat de kerk op een heuvel staat ver in het meer gelegen, is de kerk aan drie kanten omgeven door water. Een juweeltje om te zien.
Vanaf de overzijde van het meer zien we regen en onweer aankomen, dus we dalen weer af naar de boulevard. Gelukkig is er nog wel tijd voor een ijsje op een terras.
We komen net droog over naar de auto en onderweg naar Trpejca zien we dat het inderdaad flink geregend heeft.
Voor het diner dalen we weer af naar het dorp en kiezen deze keer voor Taverna Mrestilishte, een zeer goede keuze. Het eten is er zo smaakvol omdat er gegrild wordt op hout.
Naar Rostuse
Zoals we alle dagen doen, beginnen we ook deze dag weer relaxt. Vandaag hebben we een aantal plaatsen op het programma en we rijden via Debar naar het kleine plaatsje Rostuse.
Het is een lange rit van 2 uur door de bergen, uiteraard wel met mooie vergezichten op de brede rivier de Zwarte Drim die overgaat in het meer van Debar. In Rostuse is er een wandeling van circa 1100 meter door een canyon naar de Duf waterval.
Als het goed is stroomt deze waterval het hele jaar en het water klettert 23,5 meter naar beneden. Altijd indrukwekkend de kracht van zo’n waterval.
Het Bigorski klooster
Vervolgens rijden we circa 3,5 kilometer verder naar het Bigorski klooster, ook wel St. Jovan of St. John The Baptist. Hier krijgen we een zwarte lange rok omgewikkeld.
Of je nu een korte of lange broek aan hebt, het maakt geen verschil. Bij het klooster hoort natuurlijk ook weer een kerk, en wat voor één! Dit is verreweg de allermooiste die we deze vakantie hebben gezien. Wat een pracht en praal!
Elke local die binnenkomt slaat minstens drie kruisjes en gaat dan alle iconen af om weer te bidden en te doneren. Op het moment dat wij er zijn wordt er net door een orthodoxe priester gebeden voor een jongen in een rolstoel.
Naar Mavrovo
Na dit mooie bezoek eten we onderaan het klooster een late lunch. Het volgende punt in de planning is een wandeling in Mavrovo National Park, maar inmiddels is de tijd harder gegaan dan gedacht. We rijden nog wel naar de (wintersport)plaats Mavrovo toe.
Hier bevindt zich namelijk een oude, grotendeels vervallen, kerk die bij tijd en wijle in het water van het Mavrovomeer staat. Vandaag staat hij op het droge. Het is al laat, we hebben nog twee uur rijden voor de boeg, dus tijd om terug te gaan. Omdat de lunch laat is geweest, eten we vanavond iets kleins.
Laatste dag
De laatste vakantiedag is alweer aangebroken, vanavond vertrekken we weer richting Nederland. Ons laatste ontbijtje is net als de eerste van de vakantie: binnen. Helaas is het een behoorlijk regenachtige dag en ziet het er voorlopig niet naar uit dat het droog gaat worden. We stappen de auto in richting het vliegveld en maken een tussenstop bij de supermarkt. Het leuke van vakantie in een niet-Euroland is namelijk dat je je geld mag opmaken!
Op het vliegveld aangekomen is het heel simpel: auto voor de deur parkeren en de sleutel door het gat in het raam van de juiste verhuurder gooien. De incheck verloopt wat chaotisch en duurt betrekkelijk lang voor die ene vlucht die vertrekt. Na de controle is er een wachtruimte met 1 kleine winkel en een kiosk om wat drinken te kopen. Er is één gate, dus wel lekker overzichtelijk. Vanaf de gate lopen we in een paar stappen naar het vliegtuig. De vlucht verloopt weer soepel en na deze heerlijke week landen we na een kleine 2,5 uur weer veilig op Schiphol.
Tot slot
Noord-Macedonië is een bestemming in opkomst. Het toerisme staat nog aardig in de kinderschoenen, wat natuurlijk zijn charmes heeft.
Heel fijn is de zeer goede prijs-kwaliteitverhouding. Wij waren wat vroeg in het seizoen, waardoor het weer nog wat wisselvallig was. Maar elke dag (behalve de laatste dan) heeft het zonnetje zich wel laten zien!
TIPS
- Als je in een wat kleinere plaats verblijft, zorg dan dat je meteen op de luchthaven pint. Het pinapparaat bevindt zich in het vertrekgedeelte van de luchthaven. Als je bij aankomst naar buiten loopt, ga je de volgende deur weer naar binnen en daar zie je al snel het pinapparaat.
- Neem als je gaat wandelen/hiken (opvouwbare) wandelstokken mee, het geeft je veel meer grip en houvast tijdens de wandeling.
Geschreven door: Nicole Bakker