Na onze vorige autorondreizen door IJsland en Schotland hebben we nu gekozen voor het groene, veelal onbekende gedeelte van Spanje en Portugal. Omdat de whiskyproeverij in Schotland vorig jaar goed is bevallen, lijkt het ons leuk om nu de Portwijnen in Porto te gaan uitproberen. Zo maken we er een soort themareis van!
Bilbao
Maar ik wil ook graag het Guggenheim museum in het Spaanse Bilbao zien, dus besluiten we om een combinatie van Spanje en Portugal te doen. Het zullen veel kilometers worden, zo rond de 2000, maar dan kunnen we wel een leuk rondje maken.
We beginnen dus in Bilbao en deze stad met het zeer bijzondere Guggenheim museum blijkt meer dan de moeite waard te zijn (zie reisverhaal “Bilbao, op en top hip en hot” op deze site).
Picos de Europa
Na twee dagen verlaten we in onze gehuurde auto de stad en gaan op weg naar ‘Parque Nacional Picos de Europa’, één van de meest spectaculaire gebergtes van Spanje en één van de mooiste bergketens van Europa.
Een stukje landinwaarts van de Atlantische kust ligt dit prachtige ruige gebied met glooiende groene dalen, diepe kloven en grillige, hoge pieken. We hebben geluk met het weer, want door de ligging vlakbij zee staat dit gebied bekend om de plotseling opkomende mist.
Wij komen aan de oostkant het gebergte in en via de smalle N-621 rijden we door de prachtige ‘Desfiladero de Hermida’. Deze kloof met steile rotswanden is 21 kilometer lang en wordt gevormd door de Río Deva.
Lunch in La Hermida
Halverwege stoppen we in het schattige dorpje La Hermida voor de lunch.
We vinden een leuk restaurantje met een terrasje waarbij we bijna óp de weg zitten. Helaas spreekt de bediening geen woord Engels, dus met handen, voeten en gebrekkig Spaans doen we een poging om iets te bestellen. Geen idee wat we krijgen ... Nou, dat blijkt een heerlijk saladeschotel met gehaktballetjes en brood te zijn, erg lekker en verbazend voordelig. Voor vier personen, met een drankje betalen we zesentwintig euro.
Uitzichtpunt San Glorio
We vervolgen onze reis over de smalle en bochtige weg en al kronkelend stijgen we naar 1600 meter hoogte en we stoppen even bij mirador Puente de San Glorio.
Op dit punt hebben we een fantastisch weids uitzicht over de Picos. Er heerst een doodse stilte en al snel krijgen we verschillende roofvogels in het vizier. Gelukkig zijn we goed voorbereid, we hebben namelijk verrekijkers meegenomen. Behalve vogels komen er ook veel beren in de Picos voor, maar die laten zich vandaag niet zien.
Riano
Na een half uurtje stappen we weer in de auto en dalen af naar het plaatsje Riano. De weg steekt met een brug een stuwmeer over en ook hier stoppen we weer om de brug, het meer én het schitterende uitzicht op de bergen te bekijken.
Vijf minuten later staan we weer stil omdat we ook de stuwdam willen zien. Al met al schieten we niet erg op, maar dat geeft niet. We moeten vandaag 350 kilometer afleggen maar daar hebben we dan ook de hele dag de tijd voor.
Ooievaars en pelgrims
Eenmaal uit het Picos gebergte komen we in een vlak landschap terecht en al gauw valt ons oog op ooievaarsnesten. Je ziet ze werkelijk overal, op schoorstenen, torens en antennes.
Maar behalve ooievaars zien we ook opvallend veel bedevaartgangers, op weg naar Santiago de Compostella. De afgelopen dagen in Bilbao waren ze ons ook al opgevallen en hebben toen ontdekt dat de pelgrimsroute Camino del Norte langs deze stad loopt. De pelgrims zijn te herkennen aan een schelp die ze duidelijk zichtbaar op hun rug dragen.
Vannacht verblijven we in Léon en hierlangs loopt de bekendste route, de Camino Frances. Dat er veel pelgrims in deze regio komen zien we aan het aantal hostels en herbergen die slaapzalen met was- en kookfaciliteiten aanbieden.
Overnachten
Wij slapen in een gewone hotelkamer die vooraf geboekt is. Dat hebben we trouwens voor alle overnachtingen op onze route van te voren gedaan, het zoeken naar een slaapplaats aan het eind van een vermoeiende dag kost veel te veel tijd en energie naar ons idee.
In verhouding met onze vorige reizen zijn de prijzen voor de overnachtingen bijzonder laag. Voor de meeste nachten betalen we tussen de € 60,= en € 80,= voor een tweepersoonskamer met ontbijt in een hotel, posada (herberg) of appartement en ze zijn allemaal even prima.
Tolwegen
De volgende dag staat er 400 kilometer op het programma en omdat dat best veel is, nemen we het eerste stuk de autosnelweg. Op deze ‘autopista’ moeten we tol betalen en in Spanje heeft iedere tolweg bij de op- of afritten de mogelijkheid om bij een tolpoortje te betalen, contant of met bankpas. Helaas weten we nu al dat het systeem in Portugal anders is, want daar zijn veel elektronische snelwegen waarbij je dus alléén elektronisch kan betalen. Het kenteken van je auto is dan gekoppeld aan je creditcard.
Een heel ingewikkeld systeem, zeker als je zoals wij met een Spaanse huurauto rijdt waarvan het kenteken niet van te voren bekend is. Uiteraard zijn er onderweg ook wel andere oplossingen voor, maar die zijn allemaal erg ingewikkeld en tijdrovend. Ik ga er verder niet over uitweiden, want wij hebben toch al besloten om straks de tolwegen in Portugal te mijden.
Maar goed, vanwege de tijdwinst nemen we dus een snelle route door een vlak landschap richting de stad Ponferrada want die tijd hebben we hard nodig om bij onze eerste tussenstop van vandaag, het prachtige gebied van Las Medulas, te komen.
Las Medulas
Vroeger, in het Romeinse Rijk, was dit gebied dé belangrijkste goudmijn. Nu is het een uniek landschap met grillige rotsen, grotten, dalen, ravijnen en kanalen. Na de sluiting van de mijnen heeft de natuur jaren rustig zijn gang kunnen gaan met een heel gevarieerd landschap tot gevolg. Behalve de oranje rotspunten zijn er groene weides, meren en heel veel kastanjebomen. Ondanks dat de streek niet zo groot is, zijn er veel wandelpaden en er is zelfs een mogelijkheid voor een ondergrondse wandeltocht door de mijnschachten. Kost wel € 3,= pp.
Het is een prachtig wandelgebied en wij lopen vanaf een goed aangegeven parkeerplaats naar het uitzichtpunt Mirador Orellan vanwaar we een spectaculair overzicht hebben. Al met al zijn we hier bijna drie uur zoet, maar dat is niet zo erg want later vandaag verlaten we Spanje en vanwege het tijdsverschil met Portugal winnen we een heel uur!
Douro vallei
Halverwege de middag stappen we weer in de auto en gaan op weg naar de Douro vallei in Portugal. Dit gebied staat bekend om uitgestrekte wijnvelden, gelegen tegen de hellingen van de rivier de Douro.
We overnachten in een authentieke ‘quinta’, wat iets als wijnboerderij betekent, vlakbij Pinhao. Hiervandaan vertrekken we de volgende dag om één van de tien mooiste autoroutes ter wereld te rijden. We hoeven vandaag maar 140 kilometer dus we kunnen rustig aan doen. De N222 slingert kilometers lang langs de Douro en is inderdaad wonderschoon. Uiteindelijk mondt deze rivier in zee uit bij de Noord-Portugese stad Porto.
Typisch Porto
We verblijven twee dagen in Porto en volgens de gastvrouw van ons appartement is een portproeverij een must als je in Porto bent. Geen probleem, daarvoor zijn we tenslotte hier gekomen en we krijgen dan ook een interessante rondleiding met proeverij in een groot wijnhuis.
Maar écht verplicht is het eten van de ‘francesinha’ volgens haar. Dit is een soort tosti. Het wordt gemaakt van twee geroosterde boterhammen en allerlei soorten vlees ertussen. Dan een ei erboven op en vervolgens wordt alles bedekt met gesmolten kaas. Als laatste gaat er een pittige wijn-biersaus overheen en patat ernaast. De saus maakt het kenmerkend voor Porto. Dit gerecht staat zelfs in de top 10 broodjes van de wereld! Oorspronkelijk is het een variant van de Franse croque monsieur, vandaar ook de naam. Het geheel is best lekker, maar ó zo machtig, met zoveel calorieën dat het ons vooral doet denken aan de in Nederland bekende kapsalon.
Al met al is Porto zeer de moeite waard en we vermaken ons prima, maar voor meer informatie verwijs ik door naar het collega-reisverhaal “Porto, prachtige stad aan de Douro” op deze site.
Ponte de Lima
Aan het eind van onze tweede dag in Porto verlaten we de stad en rijden 70 kilometer noordelijk naar Ponte de Lima voor een overnachting. Een leuke plaats, bekend als het oudste stadje van Portugal. Jammer genoeg zien we niet heel veel van dit fotogenieke stadje want als we aankomen is het bijna donker. We maken een wandeling over de brug waarnaar de plaats is vernoemd en lopen een rondje door het centrum.
Ook de volgende ochtend hebben we te weinig tijd voor een uitgebreide bezichtiging want deze dag verliezen we een uur omdat we bij de grens naar Spanje weer een tijdzone passeren en het dus een uur later wordt. Jammer, we hadden graag nog even gebleven, maar we moeten keuzes maken vanwege ons reisschema … Er staat voor vandaag 270 kilometer op het programma: dus óf langer in Ponte de Lima blijven, óf de beroemde kathedraal van Santiago de Compostella bezoeken … En we kiezen voor het laatste!
Benieuwd naar de rest van dit reisverhaal? Klik dan hier
Geschreven door: Marianne van Hal