Het staat al een tijdje op ons reis-verlanglijstje en we hebben ervoor gespaard … Want áls je naar IJsland gaat, moet je het wel goed doen! Samen met mijn man en een bevriend echtpaar gaan wij aan deze uitdaging beginnen. We vliegen lekker comfortabel met de lijndienst van Icelandair, met als voordeel dat we vaste vertrektijden hebben. Amper 3 uur vliegen vanaf Amsterdam ligt het vulkanische eiland IJsland en ondanks dat we ons aardig hebben ingelezen, krijgen we een complete natuurshock. Maar daarover later.
Het is eind augustus, net na het hoogseizoen. Het is normaal IJslands weer: gemiddeld 13 graden, bewolkt, af en toe zon, soms regen en wind. We hebben ons laten vertellen dat IJslanders het bij 17 graden al over een hittegolf hebben!
Bij ons vertrek staan de Nederlandse kranten bol van de mogelijke uitbarsting van de vulkaan ‘Bardarbunga’. Wij vinden het best spannend, maar bij aankomst op de luchthaven van Reykjavik blijkt dat de plaatselijke bevolking zich totaal niet druk maakt. Het hele eiland stikt van de vulkanen die regelmatig actief zijn en dat hoort bij hun leven.
Voordat we onze huurauto ophalen, gaan we eerst in de taxfree shop op de luchthaven Keflavik wijn en bier voor een week inslaan. We hebben namelijk gelezen dat alcohol alleen in de grotere plaatsen in dure staatswinkels verkrijgbaar is.
Vervolgens halen we onze gehuurde 4-wheeldrive Toyota Landcruiser op. Superruime zitplaatsen voor 4 personen, voldoende bagageruimte voor 4 koffers, rugtassen en levensmiddelen. Leren zittingen met stoelverwarming, wat echt heel lekker is als je nat en koud bent en 4-wiel aandrijving met hoge en lage giering wat noodzakelijk is als je, zoals wij, het binnenland in wilt.
Vlak voorbij de luchthaven is een grote supermarkt, alwaar we de benodigde boodschappen voor de komende dagen doen en waar een tankstation bij is zodat we gelijk weten waar we over een week kunnen tanken om de huurauto ‘vol’ af te leveren.
Wegen
Ons eerste overnachting is circa 90 kilometer vanaf de luchthaven en gelukkig over een verharde weg. IJsland heeft één bijna geheel verharde rondweg, weg nummer 1, langs de kust van circa 1400 kilometer en verder zijn de wegen in en om de hoofdstad Reykjavik en de luchthaven ook geasfalteerd.
De maximum snelheid is 90 km per uur en op gravelwegen 80 km per uur. Ofschoon de rustige wegen in IJsland uitnodigen om harder te rijden, waarschuwt het autoverhuurbedrijf ons voor de strenge politiecontroles, ook in de afgelegen gebieden.
Op weg naar onze cottage in het plaatsje Hveragerdi, verbazen we ons over het landschap. Het lijkt wel een maanlandschap. Door aardbevingen verwoest, met kleine kraters vol scheuren en donker gekleurde stenenmassa’s met grijs mos erop.
Zwavelbronnen bij Gunnuhver
Onderweg wijken we af van de hoofdweg en over een gravelweg bereiken we Gunnuhver, bekend om de zwavelbronnen.
We lopen in the middle of nowhere tussen de pruttelende en kokende modderbronnen door. Het stinkt enorm naar rotte eieren en je moet uitkijken dat je niet per ongeluk van het pad afwijkt. De grond kan 80 tot 100 graden worden en daar kunnen onze schoenen niet tegen.
Breuklijn
Iets later staan we op een bruggetje boven een kloof die de Noord-Amerikaanse tektonische plaat scheidt van de Europeesche plaat. Ingewikkeld verhaal, maar we staan dus half in Amerika en half in Europa.
Deze breuklijn drijft de twee platen ieder jaar één tot twee centimeter uit elkaar, wat de IJslandse aardbodem heel onrustig maakt. Het veroorzaakt aardbevingen en vulkanen. Inwendig IJsland rommelt altijd.
We rijden weer terug naar de bewoonde wereld om terug te keren naar de cottage en onderweg wat te eten. Gelukkig blijft het ’s avonds lang licht want we komen rond 22.00 uur aan.
We hebben voor 2 nachten een kleine gezellige houten blokhut geboekt, met twee slaapkamers, badkamer, woonkamer met open keuken én een hottub op de veranda met een constante temperatuur van 40 graden. Heerlijk!
Gouden Driehoek
De volgende ochtend gaan we op weg naar de beroemde en toeristische ‘Gouden Driehoek’. Dit zijn de drie volgende bezienswaardigheden: De Gulfoss waterval, het Geysir gebied en het nationale park Thingvellir. Alle drie een absolute ‘must’ als je IJsland bezoekt. Heel populair om als dagtocht vanaf Reykjavik te doen en dat merk je ook. De touringcars rijden af en aan.
Watervallen
De watervallen zijn spectaculair! We kunnen heel dichtbij komen en gelukkig hebben we regenpakken aan want je wordt kleddernat.
De grote hoeveelheid verneveld water zorgt bij zonnig weer voor prachtige regenbogen. Helaas is het bij ons zwaar bewolkt! Watervallen zien we gedurende onze reis nog veelvuldig, maar zoiets als het Geysir gebied is werkelijk uniek.
Geisers
Vanuit een krater in een roodachtige landschap spuit iedere 9 à 10 minuten de Strokkur geiser heet water zo’n 30 meter omhoog. Wel jammer dat alleen deze geiser op dit moment nog actief is, dus het is wel dringen geblazen om een goed plekje te hebben.
De andere geisers borrelen wel, maar spuiten niet. De zwavellucht is ook hier aanwezig.
Thingvellir
Thingvellir is een mooi, groen gebied, met rivieren en watervallen. Het is ook op de breuklijn gelegen en hier is duidelijk te zien dat de tektonische platen waar Europa en Amerika op liggen uit elkaar bewegen.
Al met al een zeer indrukwekkende dag met als afsluiter een lekker etentje met lokale gerechten zoals zalm, lamsvlees en veulenfilet. IJsland heeft veel meer schapen en pony’s dan inwoners en deze dieren lopen de hele zomer vrij rond in de natuur. Zelfs op wegnummer 1, dé hoofdweg van IJsland, moeten we regelmatig stoppen voor een schaap of een kudde pony’s.
Het binnenland in
We zeggen ons gezellige huisje en hottub de volgende ochtend vaarwel en beginnen onze tocht naar het binnenland. Eerst een stukje hoofdweg, maar al gauw slaan we af op een gravelweg waar we door een breed dal van as en zwart lava rijden.
Het dal wordt ingeklemd door donkere vulkaanachtige bergen en mede door de bewolking en de verlatenheid lijkt het spookachtig.
Best spannend
Niet veel later gaat de ‘weg’ over in een zogenaamde F weg. F wegen zijn grind- en zandpaden die alleen met fourwheel drive auto’s bereden mogen worden en al gauw wordt duidelijk waarom: de eerste rivierbedding dient zich aan en er zullen nog vele volgen. Het is best spannend, om zo’n snel stromende beek over te steken. Gelukkig komt er op dat moment een auto vanuit de tegenovergestelde richting en die laten we even voor gaan. Zo kunnen wij zien waar we de oversteek het beste kunnen maken.
Ik heb van te voren gelezen dat IJsland eenzaam en verlaten is, maar dat je niet alleen bent. Om de zoveel tijd zie je een auto of bus rijden. Het advies is dan ook om bij pech of angst om een rivier te doorkruisen gewoon te blijven wachten tot er iemand voorbij komt.
Soms duurt dat een half uur en soms een uur, maar uiteindelijk komt er iemand!
Prachtige natuur
Wij zijn al snel gewend aan het doorkruisen van de riviertjes en na een paar uur komen we voorbij de Hekla, de meest actieve vulkaan van IJsland. Even later maken we een stop bij een heel mooi kratermeer.
Prachtig donkerblauw water omgeven door heuvels bedekt met zachtgroen mos.
Het dal van de Landmannalaugar
Onze missie voor vandaag is het dal van de Landmannalaugar, een gebied ver in het binnenland met bergen van ryoliet gesteente. Kenmerken van dit gesteente zijn de prachtig geel, rood, bruin en grijsgroen kleuren. Het dal zelf bevat veel zwart, glasachtig gesteente wat bekend staat als vulkanisch glas.
Het gebied is populair bij de IJslanders zelf vanwege de prachtige gekleurde bergen, zwarte lavavelden, groene weides, witte velden met katoenplantjes en de natuurlijke warmwaterbronnen waar iedereen vrijblijvend gebruik van kan maken. Het gebied beschikt over een eenvoudige camping waar veel fietsers overnachten.
We eten lekker ons meegenomen boterhammetje op en trekken met de auto weer verder door het onherbergzame gebied. Uiteindelijk rijden we 200 kilometer en doen we er de hele dag over. Tegen de avond komen we aan bij het dorp Kirkjubaejarklaustur waar we weer twee overnachtingen in een blokhut hebben geboekt. Deze keer geen privé hottub, maar verder prima om te overnachten.
In het dorp is een supermarkt waar we onze proviand kunnen aanvullen en een restaurant waar we lekker gaan eten.
Het ijsbergenmeer Jokulsarlon
De volgende ochtend vertrekken we vroeg want de hele dag is strak gepland. We beginnen met een tocht van 125 km naar het ijsbergenmeer Jokulsarlon.
Dit gletsjermeer overtreft, net als al het voorgaande, ook weer onze verwachtingen. Enorme blauwachtige ijsschotsen drijven op dit binnenmeer. Met een amfibie voertuig maken we een leerzame tocht tussen zeehondjes en ijsschotsen door.
Skaftafell Nationaal Park
Onze volgende stop is het Skaftafell Nationaal Park met een oppervlakte van zo’n 1700 km2.
Wij gaan op zoek naar de Svarifoss waterval in dit park. Bij aankomst zien we dat deze waterval op een groot orgel lijkt door de zeshoekige hangende basaltzuilen die zijn ontstaan door lava dat heel langzaam is afgekoeld. Heel bijzonder!
Grootste gletsjer
In het park zien we ook de gletsjertong van de Vatnajökul gletsjer, de grootste gletsjer van IJsland. Op sommige plekken meer dan 900 meter dik met diverse actieve vulkanen die onder de ijslaag liggen, waaronder de al de hele week rommelende Bardarbunga.
Gletsjertocht
We besluiten om een gletsjertocht te maken, compleet met ijsschoenen en pikhouwelen.
In IJsland wordt alles met een creditcard betaald. In winkels en hotels maar ook bij een excursie zoals deze. De gids heeft een ‘mobiel pinapparaat’ bij zich. En ondanks de afgelegen gebieden is er bijna overal bereik.
Het gedeelte van de gletsjer waar wij gaan lopen is zwart aan de oppervlakte, ontstaan door as uit een vulkaan. Ruim twee uur lopen, glijden en klimmen we in het ijs. We kruipen door gaten, komen uit in grotten en zien honderden meters onder ons in een kloof kolkende rivieren. Inspannend, spannend en overweldigend!
We eten ’s avonds op aanraden van onze gids bij een lokaal restaurant. Heerlijk, rijstepap met bloedworst, zalm en schapenvlees en toe de beroemde IJslandse skyr, vergelijkbaar met onze hangop. Dit wordt de laatste nacht in ons hutje, want voor de rest van de week hebben we hotels geboekt.
Langs de kust
De volgende ochtend gaat onze reis verder langs de kust. We zien prachtige watervallen, waaronder de Seljalandsfoss. Bijzonder omdat je er achterlangs kunt lopen.
We rijden langs de kust en zien zwarte stranden en bijzondere rotsen in zee. We winkelen in het toeristische plaatsje Vik om taxfree IJslandse sokken en truien te kopen. Vanwege de stormachtige wind vaart jammer genoeg de ferry naar de nabijgelegen Westman eilanden niet en ook de beroemde papagaaienduikers (vogels) blijven op zee en laten zich niet op de rotsen zien.
Ook onze geplande scootertocht op de gletsjer gaat door het slechte weer en daardoor slecht zicht niet door.
Natuurgebied Thorsmörk
De rest van de dag rijden we door het prachtige natuurgebied Thorsmörk. De 30 kolimeter lange F249 doorkruist heel veel riviertjes en is heel slecht begaanbaar. We schieten niet echt op, maar het is wel leuk en spannend voor de bestuurder!
We overnachten in een hotel in niemandsland. Aan de buitenkant lijkt het, net als veel huizen en restaurants, op een soort barak van golfplaten, maar binnen is het gezellig en gemoedelijk en veel luxer dan de buitenkant doet vermoeden. We slapen hier lekker, het ontbijt is heerlijk, maar buiten is het nog steeds stormachtig.
richting Reykjavik
We gaan over de ringweg richting Reykjavik, maar onderweg stoppen we nog even bij het plaatsje Hveragerdi, gelegen in een geothermaal zeer actief gebied waardoor er regelmatig aardschokken plaatsvinden. Dwars door het informatiecentrum loopt een scheur in de aardkorst met een glasplaat eroverheen waarop je kunt staan. Ook gaan we in de ‘aardbeving simulator’. Een hokje gebouwd als klein woonhuis waarin je in 4 minuten een ‘lichte aardbeving’ beleeft. Het voelt heel eng.
Later die dag bezoeken we ook nog de ‘Hellisheidi geothermische Power Plant’ energiecentrale. Door een simpel proces wordt water uit de zee gepompt en verhit door de hete vulkanische bodem. 99% van de huishoudens in Reykjavik wordt door dit soort centrales voorzien van stadsverwarming en warm water.
De IJslanders zullen het zelf niet meer merken, maar wij ruiken vaag de zwavellucht zodra we de warmwaterkraan open draaien in ons appartement in Reykjavik!
Over de stad zelf kan ik kort zijn. Behalve dat we even naar de beroemde Hallgrimskirkja, kerk dus, lopen, gaan we de deur van ons appartement bijna niet uit vanwege een enorme storm met héél veel regen en wind.
Blue Lagoon
De laatste dag alweer en we gaan op weg naar het vliegveld. We kunnen IJsland natuurlijk niet verlaten zonder een bezoek aan de ‘Blue Lagoon’.
Ondanks de regen een uurtje lekker pruttelen in de lagune met een gemiddelde temperatuur van 40 graden Celsius. Volgens de IJslanders heeft het mineraalwater een heilzame werking.
Tot slot
We nemen met pijn in ons hart afscheid van het prachtige IJsland en van onze huurauto (gedurende onze reis hebben we ervaren dat het heel fijn is dat we niet op de huurauto bespaard hebben).
Ongelooflijk hoeveel verschillende variaties de natuur in IJsland heeft. Het ene moment is alles zwart van de as en lava, 100 meter verder is alles groen als gras, weer iets verder zijn de gletsjers spierwit. Soms zit je in een natuurlijke warmwaterbron en even later loop je over een bodem vol scheuren.
Het ene moment is de omgeving vlak en wijds, dan weer bergachtig met vulkaankraters. De lucht is strakblauw met een lekker zonnetje, maar binnen een paar minuten donkergrijs met wolken, regen en vooral aan de kust veel wind. Kortom: dit bedoelde ik met de natuurshock in het begin van het verhaal.
Maar niet getreurd, we gaan een keer terug. Niet alleen voor een stadsbezoek aan Reykjavik, maar ook voor de walvis en dolfijnensafari, én natuurlijk de scootersafari op de gletsjer, én om de papagaaienduikers te spotten en niet te vergeten om het noorderlicht te zien. We hebben ruim 1300 km gereden tijdens deze reis en dat alleen nog maar in het zuid-westen van het land. De rest moet dus ook een andere keer!
Geschreven door: Marianne van Hal